Vrezen of Niet Vrezen?

Toen Mozes de eerste keer naar beneden kwam van het goddelijke vuur en de rook van de Berg Sinaï om Israël de Tien Geboden te geven, was het volk in angst door de tegenwoordigheid van God en de heiligheid van de geboden. Hij zei hen niet te vrezen, en toch tegelijkertijd te vrezen.

Wat?! Dat klinkt als een tegenstrijdigheid.

“Wees niet bevreesd, want God is gekomen om u op de proef te stellen en opdat de vreze voor Hem u voor ogen staat, opdat u niet zondigt.” (Exodus 20:20)

Om deze ogenschijnlijke tegenstrijdigheid op te lossen is niet zo moeilijk. We hoeven niet bang voor God te zijn, alsof Hij ons pijn zou doen zonder reden of als Hij geen perfect goede wensen voor ons heeft. Toch, tegelijkertijd moeten we weten dat Hij inderdaad zonde bestraft; en de gezonde angst voor straf voor zonde is een van de motivaties niet te zondigen.

De Tora was het eerste stadium ons te laten erkennen dat we allen gezondigd hebben, dat we ons moeten bekeren en dat we verzoening en vergeving moeten vinden. Op deze manier brengt het kennen van de volmaakte morele wet tot de noodzaak van redding. Die vergeving en verzoening vinden we het offer van Yeshua aan het kruis. Dus de Tora van Mozes brengt ons naar het kruis van Yeshua. De Tora verklaart de wet; het kruis voorziet in vergeving van onze overtredingen van de wet.

Het dubbele van “vrezen en niet vrezen” wordt duidelijker uitgelegd door Yeshua in Lukas 12, waarin Hij zegt: “vrees niet, toch zeg Ik u voor wie u moet vrezen….”

Laten we hier iets dieper naar kijken. De Bijbel herhaalt vaak de bemoediging niet te vrezen. God is almachtig; weldadig; en vóór jou. Zijn genade geeft ons vertrouwen. Zijn beloften ons te

Beschermen en te voorzien in een fundament voor ons overwinnend GELOOF.

De Bijbel herhaalt ook vaak de prijs om de vrees voor YHVH te blijven houden. Die vrees is zuiver en eeuwig (Psalm 19:10). We kunnen onze toewijding tot HEILIGHEID baseren op de vermaningen de Heer te vrezen.

Het is duidelijk dat God wil dat we geloof en heiligheid hebben. Geloof zonder heiligheid degenereert tot religieuze dwang. Geloof en heiligheid samen verandert ons naar het beeld van Yeshua. Deze twee gedachten stromen zijn samengeweven door de Schrift. We moeten met beide rekening houden, de genade van God en Zijn ernst (Romeinen 11:22). Er zijn beloften en waarschuwingen. Wij moeten als overwinnende lichten stralen, en toch weten dat duisternis de aarde bedekt. (Jesaja 60:1-2)

In de Bijbel gaat het vaak om verschillende kanten van hetzelfde onderwerp. Waarheid schijnt paradoxaal, omdat God zowel heilig als genadig is. Het is voor ons als mens moeilijk omgaan met complexe of paradoxale waarheden. Yeshua is de levende incarnatie van waarheid; en Hij is zowel genadig als heilig.

De liefde van God geeft ons een vrije wil; dat op zich schept al een paradoxale situatie. Hij is soeverein, toch moeten we kiezen. De dubbele dynamiek van waarheid wordt gevonden in het zien van waarheid en genade. De spanning tussen deze twee wordt vaak gezien in de Schrift.

Er zijn veel vragen met spanning. Betalen we belasting aan Caesar? Stenigen we een vrouw die betrapt is op overspel? Hoe kan een oneindige God ten volle wonen in een menselijk lichaam? Is het koninkrijk van God in de hemel of op aarde? Zijn we politiek gezien links of rechts? Zijn we voor medische vaccinaties of ertegen? Moeten de rechtvaardigen lijden? Wat is de aard van genade en werken? We zijn gered, “niet door werken” (Efeze 2:9) toch “om het goede te doen” (Efeze 2:10).

Dit is een dubbele dynamiek van waarheid. Yeshua toont de volmaakte integratie van de God -mens paradox.

We volgen Hem als een persoon. De principes van Gods Woord bevatten verschillende aspecten van het toepassen van Gods waarheid.

We zijn geroepen tot een echte relatie met God. Relatie heeft te maken met het wonder van een persoon die verschillende aspecten in zijn persoonlijkheid heeft. Ons geloof is niet een een-dimensionele doctrine, maar een dynamische relatie met een levende God die met ons te maken heeft.

Ons geloof schijnt paradoxen te hebben, omdat God een echt persoon is, geen robot. DE Waarheid is een levend persoon, niet een lijst formules. Om te wandelen met God hebben we te maken met een relatie met veel gezichten met een werkelijk Wezen.